Voeding voor de kat met nierproblemen

 

 

De nieren van de kat

 

De kat heeft net als de mens twee nieren.

De nieren werken als filter dat afvalproducten uit het bloed haalt en het samen met water als urine verwijdert uit het lichaam. Ze houden de vochtbalans op peil door meer of minder water in de urine uit te scheiden. Ze regelen (samen met vit.D en mineralen calcium en fosfor) de botopbouw en -afbraak, ze produceren verschillende stoffen die belangrijk zijn bij  de bloeddruk en in de aanmaak van rode bloedcellen.

De nieren zijn opgebouwd uit kleinere functionele eenheden : nefronen die het bloed filteren.

De belangrijkste nieraandoeningen bij de kat zijn :

  • Chronisch nierfalen
  • Acuut nierfalen

 

Chronisch nierfalen

Hier van wordt gesproken als een deel van de nieren onherstelbaar beschadigd is geraakt. Afhankelijk van de hoeveelheid die verloren is gegaan leidt dit al dan niet tot klachten. Symptomen worden vaak pas merkbaar als 75% van de nierfunctie verloren is gegaan.

Aangeboren afwijkingen komen voor maar nierinsufficiëntie ontstaat meestal op oudere leeftijd. Bij een jong en gezond dier zijn niet alle nefronen tegelijkertijd actief. Door ouderdom of beschadiging van de nieren gaan sommige nefronen dood. Als er geen reservenefronen meer zijn maar de beschadiging van de nieren gaat nog door dan zal de kat tekenen gaan vertonen van chronisch nierfalen. Één op de drie oudere katten krijgt last van deze kwaal.

 

Acuut nierfalen

Dit kan komen door dat de kat iets giftigs heeft gegeten, door een nierinfectie, verstopping van de blaas of een tumor. Van acuut nierfalen kan de kat herstellen (als oorzaak snel wordt gevonden en hier medische behandeling op volgt).

Acuut nierfalen kan ook leiden tot chronisch nierfalen als de nierproblemen niet op tijd ontdekt worden en de nieren daardoor beschadigd zijn geraakt.

 

 

Verschijnselen van chronisch nierfalen

 

Door het uitvallen van nefronen gaan alle normale functies van de nier minder goed werken. Ze laten te veel water door naar de urine en houden te weinig water  vast in het lichaam. De kat zal dan meer gaan drinken en als hij het niet bijgedronken krijgt zal hij gaan uitdrogen.

Doordat de filterfunctie niet goed meer werkt worden er ook eiwitten uitgescheiden met de urine. Hierdoor zal het lichaam zijn eigen spieren gaan gebruiken om eiwitten uit vrij te maken (kat wordt mager).

Ook de hormoonproducerende capaciteit van de nieren wordt aangetast, zo kan er bloedarmoede ontstaan door een gebrek aan het hormoon EPO en hoge bloeddruk door een gebrek aan Renine.

Bij nierproblemen zijn er twee nierwaarden verhoogd : Het ureum en kreatinine.

Het ureum is een afvalproduct van eiwitten en moet door de nieren uit het lichaam worden gewerkt. Doordat de nieren niet goed functioneren kunnen ze dan niet goed en zal de kat zichzelf vergiftigen door ophoping van ureum in het bloed. Dit zorgt voor ziekteverschijnselen : misselijkheid, ze kunnen sloom worden, ze kunnen ontstekingen van de slijmvliezen krijgen waardoor ze vaker braken en uit hun bek stinken. De waarde van het ureum zegt dus iets over de mate waarin het dier ziek is.

De kreatinine (afbraakproduct uit spierweefsel) is een maat voor in hoeverre de nieren nog werken (deze stijgt pas wanneer de nierfunctie ongeveer 70% verdwenen is). Dit zegt het meest over de toestand van de nieren zelf.

 

 

De rol  van voeding op het ontstaan van nierfalen

 

Toen de kat nog in het wild leefde werd hij niet ouder dan een jaar of vijf, gedurende deze periode konden de nieren hun werk goed aan.

Tegenwoordig eten veel katten brokken. Omdat de kat van nature al weinig drinkt (is van origine een woestijndier),  zijn zij in de huidige wereld vaak chronisch uitgedroogd en worden de nieren dus niet goed doorgespoeld. Verder zitten er in brokken (en ook in geproduceerd natvoer) vaak granen  en andere ingrediënten die een kat van nature niet eet, ze kunnen er niks mee . De vertering levert veel meer afvalstoffen op dan dierlijke eiwitten en belasten de filterwerking van de nieren dus meer.

 

 

Voeding voor de kat met chronisch nierfalen

 

Naast eventuele medicatie en/of (natuurgeneeskundige) ondersteuning speelt voeding een grote rol bij chronisch nierfalen.

De nierbeschadiging valt niet terug te draaien en alles zal er op gericht moeten zijn verdere beschadiging te voorkomen of achteruitgang zo veel mogelijk te vertragen.

De nieren moeten zo min mogelijk belast worden, de verschijnselen van chronische nierfalen zo veel mogelijk beperkt worden en tegelijkertijd moet de kat voldoende goed voedsel en vocht binnen krijgen om een zo aangenaam mogelijk leven te leiden.

Over de juiste voeding  bestaan verschillende meningen. In grote lijnen bestaat deze uit twee zienswijzen :

Specifiek geproduceerd nierdieetvoedsel en versvleesvoeding. Het verschil tussen deze zienswijzen zit voor het grootste deel in het gebruik van eiwitten in de voeding.

 

 

 

Nierdieet

 

Door dierenartsen wordt meestal nierdieet-voedsel aanbevolen. Dit bestaat in brokken en natvoer (blik of kuipjes) en er zijn verschillende merken van op de markt.

Nierdieetvoeding is beperkt in eiwitten.( De eiwitten die er in zitten zijn goed verteerbaar en hoogwaardige eiwitten om aan de behoefte van de kat te voldoen).

Reden voor de beperking is dat eiwitten in het lichaam de afvalstof ureum vormen. Wanneer de nieren goed werken wordt deze uitgescheiden maar bij een slechte nierfunctie niet of minder. Het ureumgehalte in het bloed van de kat zal stijgen en ureum wordt in de maag omgezet tot ammoniak, wat misselijkheid veroorzaakt en tot ontstekingen kan leiden.

Ook bevat nierdieet minder fosfor (fosfor is schadelijk voor de nieren wanneer dit minder goed uitgescheiden kan worden ) en minder zout (zout zorgt voor verhoging bloeddruk).

Er zitten toegevoegde wateroplosbare vitamines is zoals vit. D en B omdat bij nierfalen de kat meer van deze vitamines verliest via de urine. Verder ook extra kalium.

Ook worden omega 3 vetzuren toegevoegd voor het ontstekingsremmend effect.

 

De meeste katten houden er niet zo van nierdieetvoeding want ze vinden eiwitten juist lekker. Doordat er weinig eiwitten in zitten gaat het dier zijn lichaamseigen eiwitten afbreken (spieren). Omdat ze ook nog eiwitten uitplassen, doordat de nieren deze doorlaten, worden veel van deze katten erg mager.

Tegenwoordig zijn er wel veel verschillende merken dus de kans dat er 1 de kat aanspreekt is groter dan vroeger.  De brokken hebben wel als nadeel dat de kat nog meer zal moeten drinken om voldoende vocht binnen te krijgen.

 

Een speciaal nierdieet kan het leven van een kat met chronisch nierfalen aanzienlijk verlengen. Onderzoek op de Faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit van Utrecht naar de effecten van diverse diëten heeft dit uitgewezen.

 

 

Vers vlees

 

Alhoewel vers vlees eiwitten bevat blijkt dit voor katten met nierproblemen toch goed te werken.

Volgens dierenarts en schrijfster van het boek “Voer voor Carnivoren” Tannetje Koning zou dit kunnen komen doordat de eiwitten die in vers vlees  zitten dierlijke eiwitten zijn ( terwijl in geproduceerd voedsel, ook in nierdieetvoedsel, vaak ook plantaardige eiwitten zitten) , minder afval veroorzaken in het verbruik dan plantaardige eiwitten , en dus goed verteerbaar en benutbaar zijn.

Andere voordelen, volgens haar, zijn dat katten beter blijven eten omdat ze het vlees lekkerder vinden, het meer vocht bevat waardoor ze beter doorgespoeld worden en de afvalstoffen beter afgevoerd worden.

Bij katten met hele slechte nieren  is haar advies om een deel van het vlees te vervangen door dierlijke vetten. Dit om dan de hoeveelheid eiwit te verlagen en de kat toch op gewicht te houden. Haar ervaring is dat katten de vetten meestal lekker vinden en daardoor goed eten.

 

Haar mening om katten met chronisch nierfalen, verse dierlijke eiwitten te voeren wordt o.a. gedeeld door de schrijvers ( dr. Ing Joeke Nijboer, Marieke Post MSc, dr. Ir. Guido Bosch en dr. Ronald Jan Corbee) van het boek “ Rauw voer, natuurlijk in de voerbak”.  

Zij raden ook aan om het rantsoen gaandeweg de ziekte met behulp van een voedingsspecialist aan te passen : hierbij zal steeds meer vet en koolhydraat moeten worden toegevoegd aan het rantsoen ten koste van het vleesaandeel. Bij zeer ernstig zieke katten adviseren zij om koolhydraat- en eiwitarm te voeren en te koken in verband met de verminderde weerstand tegen infecties.

 

Naar het effect van vers vlees voeding voor de kat met chronisch nierfalen is nog geen officieel erkend medisch onderzoek gedaan.

 

 

Slotwoord

 

De verschillende zienswijzen op voeding voor de kat met chronisch nierfalen hebben als overeenkomst dat de voeding er opgericht moet zijn om de nieren zo min mogelijk te belasten en de symptomen van de ziekte zo veel mogelijk te beperken.

In grote lijnen gaat de ene zienswijze uit van vermindering van eiwitten en de andere van zo goed mogelijke (dierlijke) eiwitten om dit effect te bereiken.

 

Ongeacht welke voeding de kat krijgt is het belangrijk dat de lichamelijke gesteldheid en de toestand van de van kat met nierfalen regelmatig gecontroleerd wordt zodat medicatie, ondersteuning en voeding steeds zo optimaal mogelijk kunnen worden ingezet.

 

Naast goede voeding is het ook belangrijk  dat de kat voldoende drinkt en wanneer dit niet het geval zou zijn dit te stimuleren. Dit kan bv door uit te vinden waar het hoe de kat het liefst drinkt (wat voor drinkbak, uit een stromende waterbron, uit het bad) of wat hij het liefst drinkt (kraanwater, regenwater, mineraalwater, water waarin vis of kip is gekookt) .